Aan:
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
Betreft: Verzoek tot herziening van besluit inzake teruggedraaide toekenning infrastructuur- en mobiliteitsmiddelen voor grootschalige woningbouwlocaties
Datum: 1 december 2025
Geachte heer, mevrouw,
Met deze brief willen wij ons ernstige bezwaar kenbaar maken tegen het besluit van het Kabinet om de eerder voorziene toekenning van infrastructurele en mobiliteitsgelden aan grootschalige woningbouw in Alkmaar terug te draaien. Wij verzoeken de Tweede Kamer vriendelijk doch dringend om deze beslissing te herzien en de eerder toegezegde middelen alsnog beschikbaar te stellen.
Zoals u weet is in de ontwerp nota Ruimte bepaald dat (onder andere) Alkmaar als nieuw grootschalig woningbouwgebied is aangewezen. Deze aanwijzing bepaalde dat onze gemeente geen afzonderlijke aanvraag mochten indienen voor de regeling Wonen op Korte Termijn (WoKT), aangezien deelname aan deze regeling niet te combineren was met de regeling Grootschalig.
Tot onze teleurstelling blijkt uit de op 10 november jl. aan de Kamer verzonden brief van het Kabinet dat de Minister van Infrastructuur en Waterstaat reeds op 14 oktober heeft besloten om de vier nieuw aangewezen grootschalige woningbouwgebieden geen infrastructuur- en mobiliteitsgelden toe te kennen. De motivering hiervoor luidt dat er meer aanvragen zijn ingediend dan er middelen beschikbaar zijn, en dat een deel van het budget is overgeheveld naar de WoKT-regeling.
Hoewel wij begrip hebben voor de noodzaak om prioriteiten te stellen binnen schaarse middelen, achten wij het onredelijk dat nieuwe grootschalige woningbouwlocaties – die juist op aanwijzing van het Rijk geen WoKT-aanvragen mochten indienen – hierdoor nu feitelijk tweemaal worden benadeeld. Deze beslissing druist in tegen de gezamenlijke doelstelling om de woningbouwproductie te versnellen en de noodzakelijke ruimtelijke en infrastructurele randvoorwaarden daarvoor te scheppen.
Wij willen benadrukken dat de inhoudelijke beoordeling van onze propositie zeer positief is geweest. De voorstellen voor Alkmaar zijn goed onderbouwd, uitvoerbaar en dragen direct bij aan de nationale woningbouwopgave. Dat onderstreept des te meer dat het niet toekennen van de benodigde infrastructuurgelden niet inhoudelijk, maar budgettair gemotiveerd is.
Wij zijn erkentelijk voor de toekenning van het gebiedsbudget en de waardering die in de Kamerbrief is uitgesproken voor het belang van de nieuwe woningbouwlocaties. Toch is het essentieel dat er reeds in deze fase middelen beschikbaar komen om de noodzakelijke infrastructuur te realiseren. Zonder deze investeringen dreigt de uitvoering van de woningbouwplannen vertraging op te lopen, wat indruist tegen de gezamenlijke ambitie om snel betaalbare woningen te realiseren.
Wij verzoeken de Tweede Kamer dan ook vriendelijk doch dringend om:
1. De beslissing van het Kabinet om geen infrastructurele- en mobiliteitsgelden toe te kennen aan de nieuw aangewezen grootschalige woningbouwlocaties in Alkmaar te herzien;
2. De middelen die hiervoor waren voorzien, alsnog te bevestigen en beschikbaar te stellen binnen het huidige toekenningskader;
3. Te overwegen om, indien nodig, binnen het Mobiliteitsfonds aanvullende ruimte te creëren zodat de woningbouwambities van deze gebieden niet worden belemmerd.
De gemeente Alkmaar blijft vanzelfsprekend bereid om in constructieve samenwerking met het Rijk en de provincie te zoeken naar oplossingen.
Wij blijven ons maximaal inzetten en streven naar het doel om versneld en verantwoord nieuwe woningen te realiseren, met de daarbij noodzakelijke infrastructuur.
Wij vertrouwen erop dat de Kamer bij de besluitvorming op 26 januari 2026 de belangen van de nieuw aangewezen grootschalige woningbouwlocaties zorgvuldig zal meewegen en alsnog zal besluiten tot herstel van de middelen.
Hoogachtend,
dhr. V. Kloos
fractievoorzitter Onafhankelijke Partij Alkmaar
mw. P. Bijl
fractievoorzitter Belangen Alkmaarse Samenleving
